Door de Wtva is het verbieden van nevenactiviteiten niet altijd mogelijk
20 juli 2022
Op 1 augustus 2022 treedt de Wet implementatie EU-richtlijn transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden (Wtva) in werking. Als gevolg hiervan kunnen werkgevers het verrichten van nevenwerkzaamheden niet langer altijd verbieden.
Vaak spreken werkgevers met hun werknemers een zogenaamd “nevenactiviteitenbeding” af. Op grond hiervan is het werknemers niet toegestaan om naast de werkzaamheden bij hun werkgever ook nog ergens anders (betaald of onbetaald) werkzaamheden te verrichten.
Een dergelijk nevenactiviteitenbeding is na de inwerkingtreding van de Wtva niet meer geldig als de werkgever daar geen goede reden, de zogenaamde "objectieve rechtvaardigingsgrond", voor heeft. Dit is ook zo als het nevenactiviteitenbeding is afgesproken vóór de inwerkingtreding van de Wtva.
Voorbeelden van objectieve rechtvaardigingsgronden zijn de volgende.
- Dat vertrouwelijke bedrijfsinformatie moet worden beschermd;
- Dat een belangenconflict moet worden vermeden;
- Dat de werknemer meer uren werkt dan volgens de arbeidstijdenwetgeving goed voor hem is.
Het is niet nodig om de toepasselijke objectieve rechtvaardigingsgrond bij het nevenactiviteitenbeding op te nemen of anderszins vast te legen. De objectieve rechtvaardigingsgrond mag ook achteraf worden gegeven als een beroep wordt gedaan op het nevenactiviteitenbeding.
Комментарии