Een negatief vakantiedagensaldo verrekenen met de eindafrekening, mag dat?
4 juli 2024
Werknemers hebben recht op vakantie.
Op een vakantiedag hoeft de werknemer niet te werken, maar heeft de werknemer wel recht op loon.
Het wettelijke recht van werknemers op vakantie betreft 4 keer de arbeidsduur per week. Dit komt neer op 20 wettelijke vakantiedagen per jaar bij een arbeidsduur van 40 uur per week. Werknemers hebben meestal ook recht op bovenwettelijke vakantiedagen. Het recht op bovenwettelijke vakantiedagen volgt meestal uit de cao of arbeidsovereenkomst. Vaak betreft het 5 tot 10 dagen per jaar bij een arbeidsduur van 40 uur per week.
Opbouw van wettelijke vakantiedagen vindt plaats over alle dagen waarover de werknemer recht heeft op loon. Soms vindt de opbouw ook plaats als de werknemer geen recht heeft op loon. Zo vindt de opbouw ook plaats tijdens aanvullend geboorteverlof en langdurig zorgverlof. Opbouw van bovenwettelijke vakantiedagen vindt ook plaats over alle dagen waarover de werknemer recht heeft op loon, maar het is mogelijk om hier uitzonderingen op te maken. Een uitzondering die regelmatig wordt gemaakt is dat de bovenwettelijke vakantiedagen tijdens arbeidsongeschiktheid niet worden opgebouwd.
Een werknemer heeft het recht om de al door hem opgebouwde vakantiedagen op te nemen. Vaak staan werkgevers het echter ook toe dat vakantiedagen worden opgenomen die nog niet zijn opgebouwd. Bijvoorbeeld als een werknemer op 1 mei van een jaar bij de werkgever in dienst is getreden en in augustus van dat jaar 10 vakantiedagen wil opnemen. De werknemer neemt dan een voorschot op de nog door hem op te bouwen vakantiedagen. Hierdoor ontstaat een negatief vakantiedagensaldo.
Het nemen van een voorschot op de nog op te bouwen vakantiedagen komt neer op het nemen van een voorschot op loon. Op vakantiedagen heeft de werknemer immers recht op loon.
Als een werknemer met een negatief vakantiedagensaldo uit dienst treedt, wil de werkgever de loonwaarde van het negatieve vakantiedagensaldo meestal verrekenen met de eindafrekening. Dit mag echter niet altijd.
Uit rechtspraak blijkt dat het verrekenen van de loonwaarde van een negatief vakantiedagensaldo met de eindafrekening niet mag als dit in strijd is met het goed werkgeverschap of de redelijkheid en billijkheid. Gezien deze rechtspraak doen werkgevers er goed aan om het volgende te doen.
- Zoveel als mogelijk te voorkomen dat een groot negatief vakantiedagensaldo ontstaat.
- Zoveel als mogelijk te voorkomen dat meer vakantiedagen worden opgenomen dan de werknemer gedurende zijn dienstverband nog kan opbouwen en hierbij niet voor te sorteren op een eventuele verlenging van het dienstverband.
- Het aan de werknemer te laten weten als een negatief vakantiedagensaldo ontstaat als de werkgever de vakantieaanvraag van de werknemer goedkeurt.
- Het aan de werknemer te laten weten als de werknemer gedurende de resterende duur van de arbeidsovereenkomst niet meer voldoende vakantiedagen opbouwt om het negatieve vakantiedagensaldo dat ontstaat als de werkgever de vakantieaanvraag van de werknemer goedkeurt te compenseren.
- In de arbeidsovereenkomst of het personeelshandboek op te nemen dat de loonwaarde van een negatief vakantiedagensaldo bij uitdiensttreding wordt verrekend met de eindafrekening.
- Het (nogmaals) aan de werknemer te laten weten dat de loonwaarde van een negatief vakantiedagensaldo bij uitdiensttreding wordt verrekend met de eindafrekening als een negatief vakantiedagensaldo ontstaat als de werkgever de vakantieaanvraag van de werknemer goedkeurt.
Als het is toegestaan om de loonwaarde van het negatieve vakantiedagensaldo te verrekenen met de eindafrekening moet rekening worden gehouden met de beslagvrije voet.
Hier lees je meer over vakantiedagen.
Op de foto: Lydia van den Heuvel-Rijnierse en kantoorhond George tijdens een van hun vakanties samen.